Lang geleden ontmoette ik een gezin waarvan de man ernstig ziek was. Hij was sterk vermagerd, kreeg zuurstof en was terminaal. Ooit had hij de Elfstedentocht gereden nu kon hij zijn bed niet meer uit. Daar zat ik dan. Hij doodziek in de woonkamer, zijn vrouw ernaast en ik met zes kinderen achter de schuifdeuren in de keuken. Vanaf dat moment heb ik nog veel meer kinderen zien langskomen. Ze hadden een ernstig zieke ouder of een ouder die overleden was. Ik zou ze zo graag willen meenemen, dacht ik vaak. Zodat je uit hun eigen mond kunt horen wat er in hen omgaat. Dus maakten we in 2001 de documentaire ‘Verdriet door je hoofd’, een indrukwekkend verslag over het leven van zes kinderen uit vier gezinnen met een vader of moeder met kanker. Ook de website Kankerspoken, door kinderen zo genoemd omdat er van alles door hun hoofd spookt, was onderdeel van dit project. De sneeuwbal ging rollen. Er kwamen boeken, films, games en animaties en de website werd uitgebreid en aangepast. Nu staan er 1500 blauwe, roze en gele knuffels op de stoep. Ze heten Jess, Josie en Joy en helpen de kinderen overeind te blijven. Ze zijn goed in luisteren en troosten, maken de spoken een kopje kleiner en staan te trappelen om mee te gaan naar school als er een spreekbeurt of presentatie over kanker wordt gehouden. Dat alles is te danken aan die jonge vader met die kuiltjes in zijn wangen aan wie ik bij het schrijven van deze column plotseling weer moest denken.