Het is windstil. Op de oever struinen meerkoeten. Een fuut duikt de diepte in om een eind verderop met een zilverkleurig visje tevoorschijn te komen. Een van mijn wandelmaatjes weet te melden dat tegenover de veerpont een bord staat met daarop een gedicht. We zoeken ons een slag in de rondte en kunnen het nergens vinden. Ik kan het niet uitstaan en vind een foto in ‘de poëzie ligt op straat’, een rubriek in een landelijk dagblad. De tekst blijkt op een gevel te staan. ‘Vandaag is mijn lievelingsdag’ staat er. Geen gedicht, maar een zin die direct van alles bij je oproept. De woorden kijken uit over het Noordhollandsch kanaal. ‘Hier word ik dus echt blij van’, vertelt de fotograaf waar ik notabene wekelijks mee in het taalcafé zit. Ik vraag haar of ze altijd naar boven kijkt als ze loopt. ‘Niet altijd, maar het is de moeite waard. Er gaat er een wereld voor je open.’ De bromberen, doemdenkers en neerslachtigen onder ons zullen er niets van willen weten, maar ook ik word er blij van. De tekst is er een om uit te proberen. Wordt het vandaag jouw lievelingsdag? Spring uit bed, stop je hoofd onder de kraan, ontbijt en doe tenminste één ding waar je ontzettend veel plezier aan beleeft. Mijmer, werk, luier, geniet en sluit de dag af met de belofte dat morgen de zon weer opkomt. Sta je ervoor open en ben je tot zo’n actie in staat? Dan ligt er nog veel meer poëzie op straat!