By Nel

Lijmen

Bij de Action ben ik getuige van een waar spektakel. Een grootvader is in gevecht met zijn kleinzoon die brullend in een buggy hangt. Er is een dinosaurus in het spel. In een poging het beest uit de handen van de gillende peuter te bevrijden trekt opa hard aan het speelgoedmonster. Kleinzoon zet alles op alles en trekt terug. Opa loopt rood aan. Het zweet gutst van zijn voorhoofd, zijn bril is beslagen en een veel te groot mondkapje hangt dwars over zijn gezicht. Even lijkt hij de strijd te winnen, maar dan gaat het volume op maximaal. Ik kieper de viltstiften in mijn mandje en denk aan die reclame voor secondelijm waarin een jongetje op de grond zit en oorverdovend krijst omdat de kop van zijn dinosaurus eraf is. Het is onduidelijk of de kop er in een vlaag van verstandsverbijstering is afgebeten, maar dat is voor dit verhaal niet relevant. Zijn moeder komt in vliegende vaart aanrennen en plakt de kop er weer op, waarop de driftkikkerige kroonprins zoet verder speelt. Nee, dan die reclame van die moeder met die peuterdochter. Omdat ze haar zin niet krijgt ligt dochterlief krijsend op de vloer van de supermarkt. In een perfectie imitatie laat moeder zich brullend en wel plat op haar buik naast haar dochter vallen. Het kind houdt van schrik haar mond. Dat noem ik nog eens een supermoeder! Voor de onhandelbare prins in de Action overweeg ik een tube secondelijm. Wie weet kan opa hem daar de mond mee snoeren.