‘Ga je mee voor een rondje makelaars?’ ‘Hoezo? We hebben toch een huis en we wonen hier geweldig. Geen haar die er op mijn door de coronatijd dramatisch uitziende hoofd aan denkt om te gaan verhuizen. Bovendien heb ik een aangeboren afkeer tegen die in strakke pakken gestoken huizenbemiddelaars. Die keurige pakken kosten bakken met geld. Nee, mij niet gezien.’ Maar wat blijkt? Het gaat over gevelmakelaars. Nooit van gehoord tot die keer in Friesland. Daar heb je ûleboarden (lees: uilenborden), driehoekige borden in de nok van een boerderij met bovenop een makelaar, een houten versiering met aan weerszijde een zwaan. Zo’n makelaar is niet alleen een verbindend bouwkundig element, het is ook de bekroning van een geveltop, vaak met een symbolische betekenis als een soort wegwijzer in het bestaan. Ons rondje gaat door de Rijp, een schitterend historisch dorp in Noord-Holland, waar weliswaar geen ûlenboerd of zwaan te bekennen is, maar waar wel makelaars zijn. Nekverrekkend hoog en fier rechtop staan ze op het puntje van de gevel. Van verbazing struikel ik bijna over mijn voeten, een vloekende fietser weet mij ternauwernood te ontwijken. ‘Hoog Sammie, kijk omhoog Sammie’, dreunt het in mijn oren. Een verwonderde voorbijganger kijkt voor de zekerheid even mee. Door de jagende wolken lijkt het alsof ze bewegen. Wauw, wat een bijzondere bouwsels! ‘Wie goed kijkt, komt meer te weten en wie meer weet kijkt beter’, lees ik een dag later. Gevelmakelaars, gootspoken en gevelstenen, vergeet niet om ook eens naar boven te kijken.
Nekverrekkend hoog
