Vanuit haar ruime, lichte atelier kijkt ze uit over de daken van Haarlem. Hier woont de BESTE kunstenares van de … WERELD, heeft haar jongste op het raam geschreven. Op de vloer ligt een kussentje. ‘Ik begin mijn dag met yoga, qi gong of meditatie. Het is een soort overgangsritueel’, zegt beeldend kunstenaar Simone de Groot (51), ‘zo kom ik na de beslommeringen van het huishouden en het ontbijt met de kinderen vanzelf in de flow van mijn werk.’
Onze eerste ontmoeting dateert van de zomer van 2018. Ze doet mee aan het kunstproject BEDE-VAART en stippelt zittend op haar knieën met haar vinger duizenden witte stippen op een Alkmaars wandelpad. De stippen vormen samen de zinnen ‘ik ben nu hier en dat is genoeg’, ‘ik ben wie ik ben en dat is genoeg’ en ‘ik doe wat ik doe en dat is genoeg.’ Ik loop met een jong wandelmaatje, die het op dat moment heel moeilijk heeft. De tekst raakt haar enorm. ‘Is dat voor mij geschreven?’ reageert ze verbijsterd. Simone herkent die reactie. ‘Dat is precies wat ik wil bereiken’, zegt ze met een brede glimlach. ‘Niet om mijn ego te strelen, maar om de wereld een klein beetje mooier te maken.’
Op haar indrukwekkende cv staan onder andere het kunstproject Beeldenstorm in Middelburg de inrichting van het stiltecentrum en de Islamitische gebedsruimte van het Spaarne Gasthuis in Haarlem. De opdrachten die ze krijgt, zijn meestal afkomstig van ziekenhuizen, kerken en zorgcentra. ‘Het fijne is dat je op die plekken vrijwel direct een gesprek over zingeving krijgt. Of het nu de architect, de imam, een bouwvakker of de dominee is, iedereen heeft het er over.’ Ze werkte mee aan Allerzielen Alom Haarlemmermeer en zou best iets willen doen met uitvaartcentra. ‘Niet als uitvaartondernemer, want dan ga ik alleen maar huilen, maar vanuit de kunst en de verbeelding.’
De Haarlemse weet van jongs af aan dat ze in de kunst wil, maar bedenkt zich als 17-jarige dat het goed is om een plan B te hebben. Ze doet een beroepskeuzetest en ziet meteen waar het op uitdraait: een baan in de zorg. Dat wordt dus niks, want billen wassen ziet ze niet zitten. Nu opereert ze op de rand van kunst en zorg. En altijd is haar eigen gevoel de maatstaf. Best gek eigenlijk, maar het werkt. Het liefst bouwt ze troostrijke ruimtes. Plekken waar mensen naar toe kunnen als ze op hun kwetsbaarst zijn. Als het haar helpt, kunnen anderen er ook iets aan hebben, is haar ervaring. ‘Beeldend kunstenaar biedt troost’, staat er op haar visitekaartje. Ze heeft er lang over nagedacht. ‘Als kunstenaar maak ik waar ik zelf behoefte aan heb. Blijkbaar heb ik behoefte aan troost. Niet omdat ik trauma’s te verwerken heb, maar omdat er zoveel mis is in de wereld. We sturen aan op onze eigen ondergang en dat is beangstigend. Maar als ik dat gevoel toelaat kan ik niets meer.’ Om er kordaat op te laten volgen: ‘En ik ga mij er niet bij neerleggen. Ik kan de wereld niet veranderen, maar er zijn genoeg lichtpuntjes. Die wil ik de mensen laten zien en ervaren. Het meest gelukkig word ik van het creëren, mijn hele ziel en zaligheid in mijn werk stoppen en dingen laten gebeuren. En aan het einde van elke dag schrijf ik op waar ik het meest dankbaar voor ben. Het werkt echt. Ook als ik mij niet lekker voel.’
‘Ken je het begrip ‘het kleine goede’ van de Frans-joodse filosoof Levinas? Een hand op een schouder, een luisterend oor, een wandeling door het bos, dát is wat ik onder geluk versta. Maar je moet het wel zien. Voorts heb ik een sterk besef dat we onderdeel zijn van een groter geheel. Soms kan ik daar een klein beetje van doorgeven. Juist daar word ik heel blij van.’
Op 15 januari 2020 gepubliceerd in het Noordhollands Dagblad.