By Nel

Overweldigend

De stilte is tastbaar. Ik ontmoet Roos (26) in het Liobaklooster in Egmond waar ze het afgelopen jaar vrijwel continu heeft gewerkt. Veertien vessels maakte ze, de vijftiende staat te drogen. De grote, aan de buitenzijde beschilderde vaten van gebakken klei vertellen het verhaal van de oorsprong. Waar komt de mens vandaan en waarom leven we eigenlijk? Vooral die laatste vraag houdt Roos bezig. 
Ze toont een geelgroene vaas met op de hals een grillig lijnenpatroon. ‘Deze gaat over mijzelf.’ Op de vaas staan twee figuren die met elkaar in gesprek zijn. Onderin een liggende vrouw met daaronder een zwart gat. ‘Enerzijds de bron waaruit geput kan worden, tegelijkertijd zo overweldigend dat er soms geen verband meer is’, zegt Roos.  
Ze vertelt over haar jeugd. Van de stad naar een dorp en van de vrije school naar een leerfabriek. Ze voelt zich verloren. Ook op de Design Academie Eindhoven is geen tijd voor reflectie of diepgang. En dan stapt ook nog eens haar 18-jarige neef uit het leven. Roos snapt hem wel. Ze laat de wereld van de designmakers achter zich en gaat organische chemie studeren. Omdat ze een ambacht wil leren bekwaamt ze zich in het pottenbakkersvak met als focus het maken van urnen. Tijdens de coronacrisis woont en werkt ze in het klooster. Voldoende ruimte en met haar handen in de klei. Ze houdt van bouwen. De expositie van de vessels is een groot succes en er zijn ideeën voor de toekomst. Maar de zinloosheid blijft. Om door te kunnen gaan, moet ze in beweging blijven.